Bij wie moet ik zijn bij overgangsklachten

De overgang of menopauze is een natuurlijk proces en geen ziekte. Je kunt je er echter wel ziek door voelen. Omdat het geen ziekte is, blijven veel vrouwen met hun klachten doorlopen zonder er iets aan te doen. Dat is niet nodig. Er zijn verschillende mogelijkheden om iets aan de klachten te doen en deskundigen waar je terecht kunt voor informatie, ondersteuning en eventueel medicatie.

Overgangsklachten zoals onder andere opvliegers, hoofdpijn, stemmingswisselingen, drogere huid, pijn bij vrijen, vermoeidheid en gewrichtspijn kunnen mild zijn, maar ook je dagelijkse leven flink in de weg zitten. Op de lange termijn worden botontkalking en hart- en vaatziekten genoemd. Oestrogenen zorgen voor bescherming tegen hart- en vaatziekten. Het is nog niet precies duidelijk wat er gebeurt als die oestrogeenaanmaak minder wordt, maar het blijkt dat na de overgang vrouwen net zoveel kans op hart- en vaatziekten hebben als mannen. In de vruchtbare leeftijd was die kans minder groot. Het zijn allemaal gevolgen van de overgang. Als die jouw dagelijkse leven in de war sturen, is het raadzaam om daar iets aan te doen. 

-zelf doen

-homeopathie

-huisarts

-kliniek

-gespecialiseerde hulpverleners

Wat kun je zelf doen?

Laten we vooropstellen dat je zelf iets kan doen om (milde) klachten eronder te krijgen. Dat begint met gezond eten en op je gewicht letten. Eet voldoende kalkrijke voedingsproducten om botontkalking zoveel mogelijk te vertragen. Zorg ook voor voldoende vitamine D. Soms kunnen supplementen het tekort aanvullen. Zorg ervoor dat je regelmatig lichaamsbeweging hebt, ga bijvoorbeeld sporten, en probeer voldoende slaap te krijgen. Als je rookt is het beter om daarmee te stoppen. Het kan ook helpen om met anderen over je klachten en problemen te praten. Met je partner of vriendin, of een deskundige. 

De hulp van homeopathische middelen

Soms kunnen homeopathische middelen [linken naar artikel: het beste homeopathische middel tegen overgangsklachten] overgangsklachten verminderen. Dit zijn natuurlijke middelen die kunnen worden voorgeschreven door een homeopathisch arts of een klassiek homeopaat. De middelen worden afgestemd op de klacht, jouw levensstijl en je persoonlijke constitutie. Je constitutie is het complex van lichamelijke en geestelijke eigenschappen die de manier bepalen waarop je lijf en je geest functioneren en op allerlei invloeden reageren. Dat is bij iedereen anders. Daarom is het belangrijk dat homeopathische middelen op maat worden voorgeschreven.

Het is ook mogelijk om zelf vrij verkrijgbare natuurlijke middelen aan te schaffen. Dit zijn middelen die in het algemeen gericht zijn op klachten die zich tijdens de overgang kunnen voordoen zoals vermoeidheid, opvliegers en slecht slapen. 

Naar de huisarts

Als het je over de schoenen loopt, als je zo vermoeid raakt dat je niet meer weet hoe je de dag door moet komen, als opvliegers je in enorm in de weg zitten en je gewoonweg je werk niet meer goed kunt doen, als je relatie lijdt onder het feit dat je in de overgang bent en ga zo maar door, dan is een bezoek aan de huisarts helemaal zo gek niet. De huisarts kan je mogelijk ondersteunen door je door te verwijzen naar een specialist zoals een fysiotherapeut, seksuoloog of psychotherapeut. Het is ook mogelijk om te kiezen voor medicatie zoals hormoonpreparaten. Deze medicijnen in de vorm van onder andere pillen of pleisters, kunnen vooral helpen bij opvliegers, nachtzweten en vaginale droogheid. 

Doordat de hoeveelheid oestrogeen tijdens de overgang daalt en daar klachten uit voortkomen, is het aanvullen ervan in de vorm van medicatie een optie. Vaak wordt ook een lage dosis progestageen toegevoegd: oestrogeen bouwt baarmoederslijmvlies op (dat de kans op baarmoederkanker verhoogt) en progestageen steekt daar een stokje voor. Als medicatie geen progestageen bevat, zit er een alternatieve stof in die er ook voor zorgt dat het baarmoederslijmvlies niet door blijft groeien. In goed overleg met de huisarts kan voor deze hormoontherapie worden gekozen. Er is bij langdurig gebruik een kleine verhoogde kans op borstkanker, vandaar dat je de voor- en nadelen ervan goed moet afwegen. 

Naar een gespecialiseerde kliniek

Met overgangsklachten kun je ook terecht bij een gespecialiseerde vereniging (vereniging overgangsconsulenten) of een menopauzekliniek waar een menopauzedeskundige je verder kan helpen. In een kliniek is dit een verpleegkundig specialist die nauw samenwerkt met een gynaecoloog. Deze neemt alle klachten met je door en screent op onder andere hart en vaatziekten, diabetes en botontkalking. De bloeddruk, lengte en gewicht worden gemeten en er wordt gesproken over je levensstijl. Op basis daarvan krijg je informatie en eventueel deskundige hulp. Ook is het mogelijk om medicatie te krijgen of een doorverwijzing naar andere hulpverleners. 

Medicatie wordt voorgeschreven door een arts. Het wordt afgeraden zelf te dokteren als je veel last hebt van overgangsklachten. De huisarts of een specialist zal met je overleggen waar je baat bij hebt. Soms kan hormoontherapie worden ingezet. 

Andere hulpverleners bieden je ondersteuning bij specifieke klachten. Zoals een bekkenbodemfysiotherapeut bij problemen met de blaas en bij plasproblemen, een specialist op het gebied van osteoporose bij problemen met de botten of een psychisch hulpverlener als je psychische klachten hebt. 

Naar een bekkenbodemfysiotherapeut

Eén van die hulpverleners is bijvoorbeeld een bekkenbodemfysiotherapeut als je problemen met plassen hebt. Door het verslappen van de bekkenbodemspieren en het zakken van de blaas, kan het voorkomen dat je je plas minder goed kunt ophouden tijdens niezen, hoesten of sporten. Omdat de slijmvliezen van de urinewegen dunner worden, kunnen er eerder blaasontstekingen ontstaan. 

Hulp bij osteoporose

Op de lange termijn kan er botontkalking ontstaan. Tot je 35e zijn aanmaak en afbraak wel in evenwicht, maar daarna neemt de afbraak van botten toe. Na de laatste menstruatie, in de overgang, gaat dat nog sneller omdat er minder oestrogeen wordt aangemaakt. De botten worden brozer en minder stevig, wat we ontkalken noemen. Die term is niet helemaal juist, maar zo wordt dat in de volksmond genoemd. 

Heb je osteoporose dan heb je broze botten. De botten zijn dan zwakker dan gemiddeld. Er is minder botmassa en de structuur van het bot verandert. Door zwakkere botten én die veranderde botstructuur kun je gemakkelijk iets breken. Het laat zich raden dat met name vrouwen aan osteoporose lijden. Vaak kom je er pas achter dat je het hebt als je iets breekt, en dat is eigenlijk te laat. Daarom is het goed om, zeker tijdens en na de overgang, er alles aan te doen om je botten in een goede conditie te houden. Denk aan goede voeding, supplementen en regelmatig bewegen. In het uiterste geval, als er sprake is van osteoporose, zijn er medicijnen beschikbaar zoals bisfosfonaten die de botsterkte stabiliseren. Deze bisfosfonaten mag je maximaal vijf jaar gebruiken. Er zijn ook andere middelen mogelijk. Daarnaast is het belangrijk, zelfs als je medicijnen neemt, dat je goed blijft eten, blijft bewegen en soms aan krachttraining [link bol.com] doet. Gezonde voeding voor mensen met osteoporose vraagt om iets extra’s. Er moet vooral aandacht zijn voor genoeg calcium en vitamine D. Daarnaast is ook magnesium belangrijk. Voor meer informatie kun je terecht bij de osteoporosevereniging

Last van de overgang?

Er zijn diverse producten die het enigszins kunnen verlichten, bekijk hier het aanbod (aff.)

Ondersteuning tijdens de overgang >

Psychische hulp inschakelen

Een paar nachten slecht slapen en je kunt je behoorlijk lamlendig voelen. Als je ten gevolge van opvliegers slecht slaapt en daar maar geen eind aan komt, kun je het dagelijkse leven op een gegeven moment minder goed aan. Je raakt bijvoorbeeld prikkelbaar, hebt stemmingswisselingen, raakt angstig en kunt je misschien wel minder goed concentreren. Ten gevolge van een slechte nachtrust kun je ook geheugenverlies hebben. Allemaal aspecten die kunnen leiden tot psychische klachten. Je kunt zelfs neerslachtig tot depressief raken. Het is enorm belangrijk je je daar niet voor te schaamt en er vooral niet mee blijft lopen. Als je alles al gedaan hebt om beter te slapen en je er maar niet vanaf komt, dan is het goed om met iemand daarover te gaan praten. Dat kan een praktijkondersteuning in de huisartsenpraktijk zijn, maar ook een maatschappelijk werker, een psychotherapeut of psychiater. Of misschien wel een slaapdeskundige. Kaart het in ieder geval aan bij de huisarts, die je eventueel kan doorverwijzen naar de juiste hulpverlener. 

*Dit artikel kan affiliate links bevatten, deze zijn te herkennen aan (aff.). Lees voor meer informatie de disclaimer.

Last van de overgang?

Er zijn diverse producten die het enigszins kunnen verlichten, bekijk hier het aanbod (aff.)

Ondersteuning tijdens de overgang >


Deel dit artikel